Dat ik met een vriendin in Flensburg was, een stad in Duitsland, en zij in lichte paniek raakte toen ze daar in een parkeergarage moest parkeren. Dat ik haar daarom probeerde gerust te stellen. Dat we toen wel zagen dat er op de eerste verdieping allemaal parkeerplaatsen waren met een poppetje erop met een soort rokje aan. ‘Die zijn voor vrouwen’, zei ik toen voor de grap. Maar volgens mijn vriendin waren ze echt voor vrouwen. Omdat die parkeren zo moeilijk vinden, zei ze, dan hoeven ze minder hoog de garage in. Dat kon ik bijna niet geloven maar ik deed het toch, en ik werd al helemaal boos omdat ik zelf helemaal geen parkeerangst heb (ik ben eerder niet bang genoeg, ik ben namelijk nogal ongeduldig, dus na een tijdje ben ik dat steken echt wel zat. Dit moet maar gewoon passen, denk ik dan. Mijn vriend zegt vaak dat dat mijn grootste probleem (of een van mijn grootste) is, dat ik altijd wil dat de wereld zich aan mij aanpast in plaats van andersom. Maar dat doet de wereld niet.) en me daardoor niet serieus genomen voelde. Is dit nou emancipatie?
Dat het later helemaal niet waar bleek te zijn, de vakken waren ook niet breder dan normaal en er zat niet van dat schuim om de plekken heen zoals je bij een bowlingbaan kunt bestellen voor in de goten. Maar de vakken waren wel speciaal voor vrouwen, met het oog op aanranding en erger, wist mijn vriendin. Dan hoeven ze niet nog verder de garage in en staan ze bij elkaar. Dat ik het rokje op de afbeelding toen nóg vreemder vond. Eigenlijk stond er: trek je wel een rokje aan? Dan zorgen wij dat je niet wordt aangerand.