Dat ik het natuurlijk erg handig vind dat ik online aankopen met mijn telefoon kan betalen, want dan hoef ik niet op zoek naar mijn identifier. Maar wat ik vervelend vind bij die QR-codes, is dat ik soms nog aan het richten ben, maar hij dan al klikt/scant/fotografeert/hoe heet dat? Alsof mijn telefoon mij opjaagt. Én alsof hij het niet zo nauw neemt met die hele code. Als hij kon praten zou hij zeggen: ‘dat zal die wel zijn’. Maar dat heb ik, zeker met mijn geld, liever niet.
%20Anne%20van%20Zantwijk_header.jpg)
Hoge verwachtingen
Janneke heeft hoge verwachtingen, van zichzelf én van het leven. Hoe dat elke keer weer tegenvalt, lees je hier.
Dat ik bij de tandarts was voor een gaatje, en daar een beetje zenuwachtig over was. Dat we eerst een soort klein gesprekje hadden voordat mijn mond open ging, over de hele coronasituatie. Dat ze toen zei: ‘en thuis is het ook alleen maar extra druk’. ‘Bij mij niet’, zei ik tegen haar, ‘want ik heb geen kinderen. En geen werk meer.’ En mijn kat is dood, dacht ik er nog achteraan. Maar dat die tandarts helemaal nergens op in ging, ze vroeg niet eens wat voor werk ik dan deed.
Dat ze daarna ook nog ging boren en ik toen bijna flauwviel, en me helemaal alleen voelde, zo zonder kinderen, werk, kat en bloeddruk.
Dat ik een online stand-up comedycursus heb ontwikkeld, en daar nogal veel aanmeldingen voor binnenkwamen. Dat ik het daardoor ineens weer relatief druk kreeg. Dat ik dat ook meteen in mijn lichaam voelde, een soort stres of onrust die ik afgelopen maanden helemaal niet had gehad. Toen had ik wel zorgen over de toekomst, maar dat waren rustige zorgen. Nu was het dat onrustige, die spanning weer.
Dat ik af en toe nog wel even pauze ging houden met mijn vriend, maar dat mijn lichaam dan helemaal geen pauze hield. En dat we daardoor eigenlijk ook niet echt prettig konden kletsen. Toen wist ik het ineens weer: dit is werken.